Giorgio Agamben. In Homo Sacer betoogde hij dat het concentratiekamp de sleutel vormt tot een begrip van moderne politiek. Dus niet alleen van totalitaire regimes, maar ook van democratische rechtstaten. Daarnaast uitte hij diepe twijfel bij de mensenrechten, beschreef hij kapitalisme als cultusreligie, verweet hij de kerk haar messiaanse bestemming te hebben vergeten en schetst hij een beeld van de moderne burger als een gehoorzaam automaton. Meer recentelijk uitte hij felle kritiek op de mondiale omgang met het coronavirus. Tegelijkertijd wordt Agamben als een van de meest belangrijke hedendaagse denkers beschouwd. Hoe verhouden die controverses zich tot zijn filosofie, die naar eigen zeggen in het teken van geluk staat?
Dr. Ype de Boer is docent aan de Radboud Universiteit en doet onderzoek in filosofische antropologie en metafysica. Hij vertaalde Agambens werk en is auteur van het recent verschenen 'Een filosofisch rariteitenkabinet', Agambens zoektocht naar geluk, een verdiepende, speelse inleiding in het werk van Agamben.
Eerder schreef hij Agamben's Ethics of the Happy Life (2024), een systematische uitwerking van ethiek in Agambens werk; Het erotisch experiment. Voorbij de moderne seksuele identiteit (2023), dat de rol en waarde van het erotische in de moderne cultuur onderzoekt, en Murakami en het gespleten leven (2017), een lezing van het werk van de Japanse schrijver Haruki Murakami. In 2024 ontving hij het prestigieuze Legatum Stolpianum.